Regel 18 : STRAFBEPALINGEN
Regel 18 – Hoofdstuk 1- Procedure
Algemene bepalingen
Art 1
Iedere speler, clubafgevaardigde, clubleider of oefenmeester, die zich blootstelt aan een vergrijp voorzien in de bondsstatuten, zal ter verantwoording worden geroepen bij de bevoegde comités.
Art 2
De gevallen die niet voorzien zijn in de bondsstatuten, zullen beslecht worden door het afdelingsbestuur of het onderzoekcomité.
Scheidsrechterverslag
Art 3
De scheidsrechter dient een verslag op te maken van alle onregelmatigheden die gebeuren vóór, tijdens of na de wedstrijd. Voor elk verslag dat de scheidsrechter opmaakt ten aanzien van een bepaalde ploeg, moet die ploeg in kwestie een boete van 15 euro betalen.
Dit verslag dient binnen de 48 uren opgestuurd te worden aan het bestuur van ZVV Groot-Grimbergen.
Art 4
Elk bestuurslid of lid van ZVV Groot-Grimbergen kan een verslag opstellen, dat zal worden behandeld als een scheidsrechterverslag.
Art 5
In de gevallen waarin het verslag melding maakt van slagen en verwondingen aan de scheidsrechter of officieel afgevaardigde van ZVV Groot-Grimbergen, zal het bestuur van ZVV Groot-Grimbergen de club van betrokkene in kennis stellen van diens onmiddellijke schorsing.
Art 6
De scheidsrechter is verplicht een verslag op te maken bij uitsluiting van een speler (rode kaart), met een boete van 30 euro als gevolg voor de ploeg waar de uitgesloten speler speelt (15 euro rode kaart + 15 euro opgesteld verslag).
Voorstel tot minnelijke schikking
Art 7
Voor inbreuken vermeld onder artikels 16 t/m 20 kan de onderzoekscommissie, door tussenkomst van daartoe aangestelde leden, aan de betrokkene een minnelijke schikking voorstellen.
Art 8
De aangewezen leden van de onderzoekscommissie oordelen soeverein over de opportuniteit van dergelijk voorstel, even als over de voorgestelde strafmaat.
Art 9
In alle andere gevallen waarin betrokkene geacht wordt akkoord te zijn gegaan met het voorstel tot minnelijke schikking, is beroep uitgesloten.
Art 10
Indien de betrokkene niet akkoord gaat met de minnelijke schikking kan hij zich persoonlijk aanbieden, na vooraf de voorzitter van de onderzoekscommissie te hebben verwittigd dat hij niet akkoord gaat met de minnelijke schikking.
Regel 18 – Hoofdstuk 2 – Sancties
Algemeen
Art 11
Met geschorste speeldagen wordt bedoeld officieel gespeelde wedstrijden (een forfait wordt niet beschouwd als een gespeelde wedstrijd, behalve wanneer de forfait uitgaat van de tegenstrever). (een forfait wordt niet beschouwd als een gespeelde wedstrijd, behalve wanneer de forfait uitgaat van de tegenstrever).
Sancties tegenover spelers
Art 12
Wordt gestraft met een schorsing van 1 tot 4 speeldagen: de speler die zich schuldig maakt aan scheldwoorden, beledigende uitdrukkingen, misplaatste gebaren of uitdagende houding tegenover een tegenstrever.
Art 13
Wordt gestraft met een schorsing van 1 tot 4 speeldagen: de met een rode kaart bestrafte speler die zich schuldig maakt aan een professionele fout, waaronder: een vrijwillig handspel, het beletten van doorgang door aan de trui van de tegenstrever te trekken, het tegenhouden van de tegenstrever met de armen.
Art 14
Wordt gestraft met schorsing van 1 tot 15 speeldagen: hij die zich schuldig maakt aan het duwen, natrappen of spuwen aan de tegenstrever.
Art 15
Wordt gestraft met een schorsing van 2 tot 4 speeldagen: de speler die zich schuldig maakt aan onsportief gedrag, ophitsende taal t.o.v. clubdirigenten, toeschouwers of officiële afgevaardigden.
Art 16
Wordt gestraft met een schorsing van 2 tot 10 speeldagen: de speler die zich schuldig maakt aan scheldwoorden, uitdagende houding of bedreigingen door woorden en gebaren t.o.v. de scheidsrechter.
Art 17
Wordt gestraft met een schorsing van 6 tot 8 speeldagen: een speler die weigert het terrein te verlaten na te zijn uitgesloten.
Art 18
Wordt gestraft met een schorsing van 3 tot 12 maanden: een speler die zich schuldig maakt aan uitdagend duwen, beschadigen van uitrusting (kledij) van de scheidsrechter of een officieel afgevaardigde van ZVV.
Art 19
Wordt gestraft met een schorsing van 3 maand tot 1jaar: de speler die zich schuldig maakt aan het spuwen naar de scheidsrechter.
Art 20
Wordt gestraft voor onbepaalde tijd met een minimum van 3 jaar: de speler die zich schuldig maakt aan slaan of stampen naar de scheidsrechter.
Art 21
- Wordt gestraft met een schorsing van 1 speeldag: een speler die binnen hetzelfde competitieseizoen 2 gele kaarten heeft opgelopen.
- Wordt gestraft met een schorsing van 2 speeldagen: een speler die binnen hetzelfde competitieseizoen 3 gele kaarten oploopt.
- Vanaf de 4de gele kaart komt er telkens een speeldag bij.
Art 22
Wordt gestraft met een schorsing van 6 maand tot 1 jaar (van datum tot datum): de speler die de oorzaak is van het stopzetten van de wedstrijd; zijn ploeg verliest de wedstrijd met forfaitcijfers.
Art 23
Wordt gestraft met een schorsing van 6 maand tot 1 jaar: de speler die zich vóór, tijdens of na de wedstrijd, schuldig maakt aan onzedelijk gedrag.
Art 24
Wordt gestraft met een schorsing van 6 speeldagen: een speler die zich schuldig maakt aan wangedrag tijdens of na de zitting van de onderzoekscommissie.
Art 25
Voorwaardelijke straffen kunnen opgelegd worden met een minimum van 6 speeldagen tot 1 jaar.
Art 26
Wordt gestraft met een schorsing van 1 jaar: de speler die zich schuldig maakt aan het slaan van een tegenstander.
Art 27
Wordt gestraft met een schorsing van 2 jaar: de speler die zich schuldig heeft gemaakt aan het duwen en vastgrijpen van de scheidsrechter.
Art 28
Wordt gestraft met een schorsing van 4 speeldagen: De reeds geschorste speler die toch meespeelt in een officiële wedstrijd; tevens verliest zijn ploeg met forfaitcijfers. Deze vier speeldagen komen bovenop zijn reeds bestaande schorsing.
Art 29
Wordt gestraft met een schorsing van 3 tot 6 speeldagen: een speler die zich schuldig maakt aan het opzettelijk beschadigen van de infrastructuur van de sporthal (vuilbakken, deuren, enz…)
Sancties tegenover clubs
Art 30
Wordt gestraft met een schorsing van 6 maand tot 1 jaar : de kapitein van de thuisploeg (officieel afgevaardigde) en van de bezoekende ploeg, die weigert de scheidsrechter bij te staan als die erom vraagt.
Regel 18 – Hoofdstuk 3 – Klachten
Art 31
Een klacht kan ingediend worden door de club die zich benadeeld voelt.
Art 32
Iedere klacht dient schriftelijk gericht te worden aan de voorzitter van de onderzoekscommissie, vergezeld van een betalingsbewijs van 12,50 euro, op rekening van ZVV Groot-Grimbergen, zijnde BE73 7341 8120 1160
Regel 18 – Hoofdstuk 4 – Samenstelling van onderzoekscommissie
Art 33
De onderzoekscommissie is samengesteld uit minstens 3 leden (zie statuten).
Regel 18 – Hoofdstuk 5 – Beroep
Art 34
Beroep mag aangetekend worden mits 25 euro te storten op rekening van ZVV Groot-Grimbergen, zijnde BE73 7341 8120 1160.